Alexandra in Trico-maatkostuum

Gepubliceerd door de Binnenvaartkrant

Mat-zwarte masten en de stuurhutbovenbouw in contrast met het laadruim waarin 250 liter silverpaint gerold is, is een generatie verder dan gevernist teak en een vuren buikdenning. Anders, gedurfd en vernieuwend, zijn kenmerken van dit chique drogeladingschip! In baanbrekend grote letters staat er ‘Alexandra’ op de boeiing, waarmee leverancier Down the River Signs voor overige vaarweggebruikers een bezoek aan Hans Anders overbodig maakt.

De blikvanger op het achterdek is ‘Alexandra’ met fraaie letters uitgefreesd in blinkend rvs, violet verlicht onder het heklicht.

Denize en Robine Wanders zijn nog jong en komen amper boven de boeiing uit. Niettemin kregen zij het voor elkaar als kids van Denny en Elize Wanders-van Veen het schip van hun ouders te dopen. Rensen Shipbuilding liet de 135 x 14,20 meter als een evenbeeld van de Duricha bouwen. Shipyard Trico verstopte voor een deel het Chinese DNA van de Alexandra onder een maatkostuum van Hollands maritieme snit. Resultaat: trots en royaal uitgevoerd met een capaciteit van 336 TEU op vier lagen, powered by Mitsubishi’s van Koedood.
Denny Wanders en compagnon Alexander Durinck werken met DuWa BV als firmanaam. Containers hebben voor beiden geen geheimen, evenals de firma GUT Gernsheimer Containerline. De relatie met GUT stamt al uit 1994 en is de reden dat de Alexandra in een dienst van Antwerpen-Rotterdam op Gernsheim zal functioneren.

Bezigheidsvirus
Wanneer je vijf jaar sterk betrokken bent bij de afbouw van eveneens vijf schepen en met elk ervan een tijdje vaart om na verkoop weer de afbouw in te duiken, begin je je pappenheimers in het afbouwcircuit te kennen. Even voorstellen: het is Denny Wanders, dynamisch, 31 jaar jong. Hij past in doen en denken uitstekend in het Trico-team. Wanneer de laatste jaren een reserve of een troubleshooter op door Trico gerunde schepen werd gevraagd, was Wanders present.
Nauwelijks 15 jaar oud monsterde hij als matroos aan bij Ben Durinck op de eerste Alexandra, waar hij samen met Alexander het ‘bezigheidsvirus’ heeft opgelopen om een werkschip als een jacht te onderhouden. Op deze nieuwe is het rondom zichtbaar dat hij daar nog plezier in heeft. “Je probeert de knowhow van vijf schepen hierin te verwerken. Dat lukt nooit helemaal, altijd denk je: ‘Dat doen we volgende keer weer anders.’ Een schip is nooit perfect”, weet Denny. “Natuurlijk zijn we budgetgebonden, logisch ook in deze tijd. We kijken niet terug maar vooruit.”